Vastgoed kopen met een patrimoniumvennootschap kan een erg interessante manier zijn om (beleggings)vastgoed te verwerven. Hoe gaat u precies te werk?
Een patrimoniumvennootschap is een gewone vennootschap en kan dus de verschillende vennootschapsvormen aannemen: bvba, nv, vof ... Dat betekent dat de voordelen dezelfde zijn, maar dat geldt ook voor de nadelen.
Het verschil met een gewone vennootschap is dat een patrimoniumvennootschap (bijna) alleen vastgoed bezit als activa. Patrimoniumvennootschappen worden vaak opgericht door bedrijfsleiders van succesvolle KMO's die willen investeren in vastgoed.
Fiscale voordelen
Daarvoor hebben ze goede redenen. Omdat de patrimoniumvennootschap los staat van de gewone werkvennootschap, is het vastgoed veilig bij bijvoorbeeld een faillissement. Een overnemer kan dan weer probleemloos de werkvennootschap overkopen zonder het bijhorende vastgoed.
Vastgoed kopen met een patrimoniumvennootschap is ook fiscaal erg interessant. De patrimoniumvennootschap kan immers met haar bruto-inkomsten vastgoed kopen. Een bedrijfsleider die bijvoorbeeld 100.000 euro wil investeren in vastgoed, kan via de patrimoniumvennootschap dat volledige bedrag beleggen. Als hij het echter overhevelt naar zijn privévermogen, blijft er na de aftrek van verschillende belastingen (vennootschapsbelasting, roerende voorheffing ...) slechts de helft over. In dat geval kan hij slechts 50.000 euro investeren in vastgoed.
Financiering
Vastgoed kopen met een patrimoniumvennootschap verloopt op dezelfde manier als een verkoop tussen particulieren. Nadat (de aandeelhouders van) de patrimoniumvennootschap een overeenkomst heeft bereikt over de verkoopprijs en het compromis heeft getekend, rest alleen nog de ondertekening van de notariële akte.
Voor de financiering van het vastgoed heeft de patrimoniumvennootschap uiteraard geld nodig. Omdat een patrimoniumvennootschap vaak naast een werkvennootschap bestaat, wordt de patrimoniumvennootschap vaak 'gevoed' door die laatste. De patrimoniumvennootschap factureert dan een aantal diensten aan de werkvennootschap of krijgt er een bestuursvergoeding.
In het beste geval financiert de patrimoniumvennootschap zichzelf, bijvoorbeeld dankzij de huurinkomsten van de panden die erin ondergebracht zijn. Wie geen andere vennootschap heeft, kan ten slotte ook eigen middelen lenen aan de patrimoniumvennootschap. Die staat perfect op zichzelf: de aanwezigheid van een werkvennootschap is geen vereiste.
Doorverkopen
Wie het vastgoed van een patrimoniumvennootschap wil doorverkopen, kan in plaats van het vastgoed zelf ook de aandelen van de patrimoniumvennootschap doorverkopen. De patrimoniumvennootschap krijgt dan een nieuwe aandeelhouder en zo verandert het ingebrachte vastgoed feitelijk van eigenaar. Het grote voordeel is dat de aandelen bij een handgift vrijgesteld zijn van schenkingsrechten en er ook geen registratierechten verschuldigd zijn.
Samengevat:
- Een patrimoniumvennootschap biedt dezelfde voor- en nadelen als een klassieke vennootschap
- De aankoop van vastgoed gebeurt op dezelfde manier als een particuliere transactie
- Een doorverkoop is ook mogelijk via de aandelen van de patrimoniumvennootschap
Bron: Devastgoedgids.be